Deze bisque is even een werkje, maar dan heb je ook wat, een heerlijke soep vól smaak. Je eet het met je ogen dicht, dat gaat als vanzelf.
Heerlijk ook in combinatie met de toast met ansjovisboter. Deze bisque blijft lekker een beetje lobbig. Zo eet ik hem het liefst.
Je kunt hem zowel als voorgerecht als lunch eten.
Vier personen:
500 g ongepelde gamba’s
1 ui
2 geperste tenen knoflook
2 stengels citroengras
4 stengels bleekselderij
2 grote wortelen à 200 g
1 rode paprika
1 tl sambal oelek
65 g gember
4 limoenblaadjes
220 g tomatenpuree (Mutti van AH is de lekkerste)
1 theelepeltje trassi-pasta
1
1 glas witte wijn (of Noilly Prat, droge vermout)
1 l visbouillon
1 blik fair trade kokosmelk
grote blender
voor de ansjovisboter:
125 g ongezouten grasroomboter
4 ansjovisjes uit blikje fijngeprakt
1 geperst teentje knoflook
1 klein kneepje citroensap
2 el verse koriander of peterselie gehakt
1/2 stokbrood
Bereiding: Pel de garnalen, verwijder de buikdraad en bewaar de pantsers. Bewaar 12 gepelde garnalen, dek af en zet in de koelkast. Snijd de rest van de garnalen in kleine stukjes.
Verwarm een scheutje olijfolie in een grote braadpan. Pel de ui en snijd ze grof. Kneus en pel de knoflook, en stoof in de olie. Bak de pantsers van de garnalen en de garnalenstukjes op hoog vuur mee en de stengels citroengras op. Schil en snijd de stengels in stukjes. Doe ze bij de uien en het citroengras.
Schil de wortelen en snijd ze in schijfjes. Bak even mee.
Verwijder zaden en zaadlijsten van de paprika. Snijd het vruchtvlees in grove stukken. Doe de paprika en de sambal erbij.
Schil de gember en snijd in stukjes, doe samen met de limoenblaadjes, de tomatenpuree, de trassie, groentebouillon, witte wijn en kokosmelk in de pan en roer alles goed door elkaar.
Laat de bisque drie kwartier op een spaarbrander zachtjes koken. Pureer de soep in een grote blender dat gaat makkelijker dan met een staafmixer. Daarna de soep door een metalen vergiet schenken boven een pan. Verwijder de prut die er in achterblijft. Giet de soep nogmaals door een zeef, ditmaal door een fijne zeef boven een andere pan. Dit om de restjes van de schalen helemaal te verwijderen. Roer de soep goed door de zeef en verwijder ook hier de prut van.
Je hebt nu een hele mooie krachtige garnalenbisque. Het is even een werkje maar je kunt de bisque een dag van tevoren maken.
Bak de overgebleven garnalen met wat knoflook, sambal en koriander in twee minuten net gaar en serveer ze bij de soep met nog wat kokosmelk als garnering en koriander.
ansjovisboter: prak alle ingrediënten voor de boter door elkaar en rooster het stokbrood in dikke sneden op een gril of rooster de sneetjes stokbrood 10 minuten op 200 graden in de oven.
smeer er een dikke laag ansjovisboter op en serveer met de soep en de garnalen.
